De vrijstelling van vakantiegeldbijdragen 2020 voor de horeca werd al enkele maanden geleden aangekondigd. Over de details was echter nog geen duidelijkheid en zolang er geen teksten waren verschenen, bleef de RSZ officieel vasthouden aan het eerder aangekondigde uitstel van betaling. Met de publicatie van de “Wet houdende tijdelijke ondersteuningsmaatregelen ten gevolge van de COVID-19 pandemie” in het Staatsblad van 13 juli 2021 kunnen we het nu ook definitief bevestigen.
Artikel 24 van deze pas verschenen wet stelt: “Wat de handarbeiders betreft die onder het Paritair Comité voor het hotelbedrijf (PC 302) vallen wordt, voor de vier kwartalen van 2020, het bijdragepercentage van 15,84 pct., bedoeld in het tweede lid, vervangen door het bijdragepercentage van 5,57 pct. en het gedeelte begrepen in deze bijdrage dat slechts jaarlijks gestort wordt in de loop van het jaar dat volgt op het vakantiedienstjaar wordt vastgesteld op 0,00 pct.”.
Wat wil dit concreet zeggen? De werkgeversbijdrage voor het vakantiegeld van arbeiders bedraagt 15,84% op het brutoloon aan 108%. 5,57% betaalt u in uw kwartaalbijdragen, voor de resterende 10,27% krijgt u in april een factuur. Het is enkel dit laatste deel dat u niet hoeft te betalen.
De RSZ had hiervoor voorlopig nog geen debetberichten verstuurd omdat de betaling eerder was uitgesteld tot oktober. De publicatie van de wet bevestigt nu de definitieve vrijstelling.
De arbeiders zelf zullen hiervan niets merken. Zij hebben gewoon hun vakantiegeld uitbetaald gekregen van de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie. In de begroting van de FOD Sociale Zekerheid werd hiervoor een toelage opgenomen die aan de RJV wordt toegekend.
Deze vrijstelling geldt enkel voor 2021 (vakantiedienstjaar 2020) en voor de arbeiders van pc 302.
Doelgroepvermindering hotelsector verlengd voor derde kwartaal