Het tewerkstellen van buitenlandse studenten die in België studeren is geen eenvoudige materie. In sommige gevallen zijn zij vrijgesteld van de arbeidskaart, in andere gevallen moeten ze er een hebben.
Wanneer we in dit artikel over buitenlandse studenten spreken, bedoelen we studenten van buiten de Europese Economische Ruimte (EER). Voor studenten van binnen de EER gelden dezelfde voorwaarden als voor Belgische studenten, op voorwaarde dat ze over een geldige verblijfsvergunning beschikken. De studenten die we in dit artikel behandelen zijn uitsluitend studenten die in België studeren en ingeschreven zijn in een onderwijsinstelling van het middelbaar of hoger onderwijs.
Deze buitenlandse studenten zijn in twee gevallen vrijgesteld van een arbeidskaart:
1. Voor studentenarbeid
tijdens de schoolvakanties op voorwaarde dat de studenten legaal in België verblijven en nog steeds zijn ingeschreven in een Belgische onderwijsinstelling om voltijds onderwijs te volgen. Studenten verblijven legaal in ons land wanneer ze zijn ingeschreven in de Belgische gemeente waar ze verblijven en ze van deze gemeente een Bewijs van Inschrijving in het Vreemdelingenregister (BIVR), een identiteitskaart voor vreemdelingen, hebben ontvangen.
2. Studenten die in het kader van hun studies in België verplicht stages moeten doen.
Studenten die in België studeren en die tijdens het schooljaar willen werken, hebben hiervoor een
arbeidskaart C nodig. De student moet deze kaart zelf aanvragen. In Vlaanderen moet men die aanvraag indienen bij de Dienst Economische Migratie in de provincie waar de student woont. In Brussel is het Bestuur Economie en Werkgelegenheid van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hiervoor bevoegd en in Wallonië de FOREM.
De arbeidskaart C wordt enkel toegekend onder volgende voorwaarden:
-
De student verblijft wettig in België en is ingeschreven in een onderwijsinrichting voor het volgen van onderwijs met een volledig leerplan;
-
De student mag niet meer dan 20 uur per week werken;
-
De arbeidstijd mag niet samenvallen met de lesuren.
De arbeidskaart C is steeds van bepaalde duur en gelinkt aan de verblijfsvergunning. Verloopt de verblijfsvergunning, dan vervalt ook de arbeidskaart. Beide kunnen wel verlengd worden.
Voor buitenlandse afgestudeerden die in het buitenland hebben gestudeerd en in een Belgische onderneming stage komen lopen gelden dan weer andere regels. Voor hen is een arbeidsvergunning B vereist. Meer daarover in deel 2.