Welke werknemers hebben recht op een eindejaarspremie? Hoeveel bedraagt de eindejaarspremie? Hebben ook flexi’s, extra’s en studenten recht op een eindejaarspremie en hoe zit het met werknemers die uit dienst gaan? Een overzicht.
Wie heeft recht op een eindejaarspremie?
De toekenningsvoorwaarden voor de eindejaarspremie verschillen van sector tot sector en worden vastgelegd in sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten.
In pc 302 moet een
voltijdse of deeltijdse werknemer in de loop van het kalenderjaar minstens twee maanden ononderbroken in dienst zijn (geweest) bij dezelfde werkgever om er recht op te hebben.
Diezelfde regel gaat ook op voor
studenten. Vanaf volgend jaar (2020) zullen studenten die bij een werkgever werken die de GKS gebruikt echter geen aanspraak meer kunnen maken op een eindejaarspremie.
Extra’s moeten, om recht te hebben op een eindejaarspremie, minstens 44 dagen in dezelfde onderneming gewerkt hebben tijdens het kalenderjaar. In de berekening van het bedrag wordt wel een correctie gemaakt op basis van het aantal gewerkte uren. Bij korte prestaties kan dit ervoor zorgen dat de extra uiteindelijk toch geen eindejaarspremie zal ontvangen.
Over de eindejaarspremie van
flexi-jobbers heerste lange tijd onduidelijkheid. Uiteindelijk geldt ook voor hen dat ze recht hebben op een eindejaarspremie op voorwaarde dat ze een arbeidsovereenkomst hadden voor een ononderbroken periode van minstens twee maanden. Indien deze periode van twee maanden of langer bestaat uit verschillende contracten die telkens korter zijn dan twee maanden (bijv. dagcontracten), dan is er toch geen eindejaarspremie verschuldigd indien er minstens één dag, waarop normalerwijze gewerkt zou worden, onderbreking tussen de overeenkomsten in zit.
Hebben werknemers die uit dienst gaan recht op een eindejaarspremie?
Ook werknemers die ontslagen worden of waarvan de overeenkomst voor bepaalde duur een einde neemt, hebben recht op een eindejaarspremie indien zij bij uitdiensttreding minstens twee maanden ononderbroken dienst telden binnen het kalenderjaar of minstens gedurende drie jaar ononderbroken door een arbeidsovereenkomst gebonden waren in dezelfde onderneming. In geval van ontslag om dringende reden is er geen eindejaarspremie verschuldigd. Ook wanneer de werknemer uit vrije wil of in onderling akkoord de onderneming verlaat, heeft hij voor het jaar van de uitdiensttreding geen recht op een eindejaarspremie. Tenzij zijn laatste dag toevallig op 31 december zou vallen of wanneer hij uit vrije wil de onderneming verlaat om zijn wettelijk pensioen op te nemen.
Hoeveel bedraagt de eindejaarspremie?
De maximale eindejaarspremie stemt overeen met het loon voor 4,33 weken of een gemiddelde maand. Vandaar dat men soms over “dertiende maand” spreekt. Het uur- of maandloon van de maand december wordt hierbij als basis gebruikt. Toeslagen zoals de zondags- of nachtpremie tellen niet mee, voor netto-overuren is er wel een eindejaarspremie voorzien.
Voor werknemers die geen volledig jaar in de onderneming hebben gewerkt wordt dit maximumbedrag aangepast in functie van het aantal dagen of uren effectieve of gelijkgestelde aanwezigheid. Eenvoudig gesteld heeft een werknemer per schijf van 21,66 dagen (in een vijfdagenstelsel) recht op 1/12 van dit bedrag. In de praktijk is de berekening net iets complexer, zeker voor deeltijders en extra’s.
Over de verschillende afwezigheden die al dan niet meetellen in de berekening leest u meer in een
volgende bijdrage.
Wanneer wordt de eindejaarspremie betaald?
De eindejaarspremie wordt uiterlijk betaald op 31 januari van het jaar dat volgt op het jaar waarin de premie verdiend werd. In PC 302 is het Waarborg en Sociaal Fonds verantwoordelijk voor de uitbetaling.