In vele sectoren is december een dure maand door de uitbetaling van de eindejaarspremies. In paritair comité 302, de horeca, verloopt de financiering van de eindejaarspremie gespreid over het volledige jaar. De uitbetaling van de premie, zowel voor arbeiders als voor bedienden, gebeurt door het Waarborg- en Sociaal Fonds Horeca, dat de rol van “betalende derde” op zich neemt.
Werkgevers in de horeca betalen gedurende heel het jaar maandelijks een zogenaamde FBZ-bijdrage aan het horecafonds. Deze bijdrage bedraagt 12% van het brutoloon waarop sociale zekerheidsbijdragen berekend worden. Voor arbeiders wordt de bijdrage bijgevolg berekend op 108% van de brutoloonmassa, voor bedienden op 100%. Uw sociaal secretariaat maakt deze berekening voor u. U stort dit bedrag steeds vóór de 15de van de volgende maand aan het Waarborg en Sociaal Fonds van de Horeca. Met deze bijdrage financiert u de eindejaarspremie van uw werknemers. Voor flexi-jobs is deze voorafbetaling niet verplicht.
Werkgevers die deze maandelijkse voorafbetaling niet wensen te doen kunnen hiervoor een aangetekend verzoek sturen naar het Waarborg en Sociaal Fonds Horeca vóór 31 maart van het jaar waarop de eindejaarspremie betrekking heeft. Voorwaarde is wel dat de werkgever gedurende tenminste drie jaar zijn maandelijkse voorafbetalingen FBZ op regelmatige wijze heeft betaald. Werkgevers die van deze vrijstelling gebruik maken dienen uiterlijk op 10 januari van het jaar volgend op het jaar waarop de premie betrekking heeft, het volledige verschuldigde bedrag aan het Fonds over te maken. Bovendien zijn deze werkgevers een bijkomende intrest verschuldigd aan het Fonds die in de loop van de maand februari geïnd wordt.
Met die geïnde bedragen betaalt het Horecafonds de eindejaarspremies aan de werknemers uit. Dit is meteen haar belangrijkste opdracht. Het Fonds houdt de verschuldigde sociale en fiscale bijdragen af van de brutopremie en stort die rechtstreeks door aan de bevoegde instanties. Het Fonds bepaalt zelf niet welke werknemers er recht hebben op een eindejaarspremie en zal ook het bedrag van de premie niet berekenen. Die informatie moet u, of uw sociaal secretariaat, ten laatste op 10 januari aan het Fonds meedelen. Ook indien geen enkele werknemer recht zou hebben op een eindejaarspremie, moet dit aangegeven worden bij het Fonds. Dit is dan een zogenaamde “nihil aangifte”.
Het Fonds is wettelijk verplicht om de netto eindejaarspremie vóór 31 januari op de rekening van de werknemers te storten. Daarvoor is het belangrijk dat al uw medewerkers hun correcte rekeningnummer tijdig aan het Fonds doorgeven. Geen rekeningnummer is geen premie. Een (nieuw) rekeningnummer doorgeven kan via de
portaalsite van het Horecafonds. Let wel, deze procedure kan tot ongeveer drie weken duren. Indien het Fonds niet beschikt over het rekeningnummer van een werknemer, dan krijgt die automatisch een formulier toegestuurd. Dit formulier moet ondertekend en gecertifieerd door de bank worden teruggestuurd.
Vooraleer het Fonds overgaat tot de effectieve betaling, krijgt u nog wel de kans om de lijst met betalingen, waar nodig, te corrigeren. Begin januari zal u van het Fonds een overzicht van de eindejaarspremies per werknemer ontvangen. Daarna hebt u tien kalenderdagen de tijd om eventuele correcties terug te mailen naar
. Na de uitbetaling worden de fiscale fiche 281.10 en de individuele rekening naar de werknemers gestuurd.
Of een werknemer al dan niet recht heeft op een premie en hoeveel deze premie bedraagt, kan men pas na afloop van het jaar bepalen. Doorheen het jaar zal u ook voor werknemers die geen recht blijken te hebben – bijvoorbeeld voor extra’s met onvoldoende prestaties of werknemers die in de loop van het jaar uw zaak vrijwillig verlieten – een bijdrage betaald hebben. Die teveel betaalde sommen stort het fonds na afloop automatisch terug op uw rekening.