Guidea, het kenniscentrum voor horeca en toerisme, publiceerde eerder deze maand haar “monitor flexi-jobs” voor het eerste kwartaal 2019, vol interessante cijfers over de flexi-tewerkstelling in de horecasector.
54.288, zoveel arbeidsplaatsen gingen er in het eerste kwartaal van 2019 naar flexi-jobs. Dit cijfer bevat ook de flexi-jobbers in andere sectoren, maar het merendeel, 36.727, gaat nog steeds naar de horeca. Dat aantal ligt in werkelijkheid nog hoger als we daar ook de onrechtstreekse flexi-jobs bijtellen die via uitzendarbeid worden gepresteerd. Deze arbeidsplaatsen werden ingevuld door 48.520 verschillende personen.
9.331 werkgevers maakten minstens één keer gebruik van het statuut, dat is meer dan een derde van alle werkgevers in de horecasector. Dat zijn er 301 meer dan een kwartaal eerder en 1.740 meer dan in hetzelfde kwartaal in 2018. 78% van deze flexi-werkgevers heeft minder dan 10 werknemers in dienst.
De 36.727 flexi-jobs zijn goed voor bijna één vijfde (19%) van alle arbeidsplaatsen. Dat is een stijging van 35% ten opzichte van het jaar voordien. 69% van de arbeidsplaatsen in pc302 waren vaste werknemers met een overeenkomst voor bepaalde of onbepaalde duur. Dat is een verwaarloosbare daling van 0,2%, en dat voor het vierde kwartaal op rij. Het aandeel van de extra’s blijft wel aanzienlijk dalen en bedraagt nu 11% van het totale aantal arbeidsplaatsen.
In totaal arbeidsvolume (het aantal ingezette uren) zien we dat de werknemers in het gewoon stelsel goed zijn voor 92% en dat dit volume wel blijft stijgen. Meer uren dus voor iets minder werknemers. De 19% flexi-jobbers nemen uiteindelijk slechts om 5% van het totale arbeidsvolume voor hun rekening. Ook dit volume stijgt. De extra’s vertegenwoordigen in arbeidsvolume nog slechts 2%.
Binnen de horecasector zijn de restaurants met 46% de grootste gebruiker van flexi-jobs, op ruime afstand gevolgd door de fastservice (15%), drinkgelegenheden (14%) en catering (13%).
Nog steeds bevindt 93% van de flexi-tewerkstellingsplaatsen zich in Vlaanderen, met de provincies Antwerpen (27%) en West-Vlaanderen (24%) als koploper. Het Waals gewest met 5% en het Brussel gewest met 2% hinken ver achterop. Hier ligt de verhouding nog steeds in het voordeel van de extra’s.
Het gemiddelde uurloon voor een flexi-jobber bedroeg 12,01 euro. De helft van de flexi’s zit in de leeftijdscategorie 25-39 jaar. Het aantal 65-plussers blijft gestaag toenemen.