Voor de tewerkstelling van buitenlandse werknemers is in principe een arbeidsvergunning en een arbeidskaart vereist. Voor asielzoekers en vluchtelingen geldt echter een uitzondering op deze regel.
Om in België arbeidsprestaties te mogen verrichten, moeten buitenlandse werknemers die hier ook gedurende meer dan 90 dagen verblijven, in eerste instantie in het bezit zijn van een geldige verblijfstitel. Sinds 2019 heeft die de vorm van een gecombineerde vergunning. Dit is een elektronische verblijfskaart die zowel een toelating tot arbeid als een toelating tot verblijf bevat.
Betreft het een persoon die geen onderdaan is van een land dat tot de
Europese Economische Ruimte behoort, dan zal u het bezit van deze verblijfstitel ook daadwerkelijk moeten controleren. U moet er een kopie van bijhouden tijdens de volledige duur van de tewerkstelling. Derdelanders zonder geldige verblijfstitel of arbeidskaart mag u dus niet aan het werk zetten.
De verblijfstitel zegt u meestal meteen of de persoon in België mag werken. Op de verblijfstitels staat namelijk een vermelding inzake de toegang tot de arbeidsmarkt. Dat kan gaan om “onbeperkt”, “beperkt” of “neen”. “Onbeperkte” toegang betekent dat de betrokkene zonder beperkingen voor eender welke werkgever kan werken. “Beperkte” toegang betekent dat de betrokkene enkel toelating heeft tot werk voor één bepaalde functie bij één bepaalde werkgever of dat hij slechts een beperkt aantal uren per week mag werken. “Neen” betekent dat de betrokkene niet kan werken.
Asielzoekers zijn personen die een verzoek om internationale bescherming (asielaanvraag) hebben ingediend in ons land. Voor hen gelden afzonderlijke regels. Vanaf vier maanden na hun asielaanvraag tot aan de beslissing, inclusief een eventueel beroep bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, mogen ze in België werken voor zover er nog geen negatieve beslissing is genomen in die periode. Ook in België erkende vluchtelingen en subsidiair beschermden hebben onbeperkt recht tot de arbeidsmarkt.
De werkgever en de werkende verzoeker zijn wel zelf verantwoordelijk voor de legaliteit van de tewerkstelling. Fedasil en de opvangpartners communiceren niet extern over het statuut van betrokkenen. We raden daarom de werkgever aan om vóór de start van de tewerkstelling de verblijfsdocumenten op te vragen en een kopie te bewaren. De werkgever kan zo periodiek het recht op tewerkstelling opvolgen. Op het ogenblik dat het Attest van Immatriculatie niet meer verlengd wordt door de gemeente, kan dit wijzen op een weigering inzake het asieldossier.
Oekraïeners genieten voorlopig van een apart statuut. Zij zijn geen asielzoekers en hoewel ook geen ingezetenen van een EER-land, hebben zij wel onmiddellijk toegang tot de arbeidsmarkt zonder wachttijd.