Voorlopig zijn er geen aanwijzingen dat het vereenvoudigde stelsel van de tijdelijke werkloosheid corona-overmacht ook na 31 maart verlengd zal worden. Wie toch nog tijdelijke werkloosheid nodig heeft, zal daarom moeten terugvallen op het klassieke stelsel van de economische werkloosheid. Dat is heel wat omslachtiger.

De tijdelijke werkloosheid corona-overmacht heeft tijdens de voorbije twee jaar zijn nut bewezen. Het was een bijzonder eenvoudig en flexibel systeem zonder al te veel formaliteiten of papierwerk. Als werkgever hoefde u geen dossier te openen bij de RVA, werknemers hoefden geen controleformulier in te vullen, er hoefden geen redenen opgegeven of bewezen te worden. Een eenmalige inschrijving bij een uitbetalingsinstelling en elke maand de correcte gegevens doorgeven aan uw sociaal secretariaat waren voldoende.

Voor wie vanaf april nog van tijdelijke werkloosheid gebruik wil maken, zal de schok groot zijn. Bij de klassieke systemen van tijdelijke werkloosheid komt immers heel wat administratie kijken die we al geruime tijd niet meer gewoon zijn. Bovendien is de procedure verschillend voor arbeiders en bedienden. Voor bedienden is het aanvragen van economische werkloosheid een pak moeilijker als de onderneming niet erkend is als onderneming in moeilijkheden.

Om gebruik te kunnen maken van deze tijdelijke werkloosheid moet het werkgebrek te wijten zijn aan economische oorzaken. Is het werkgebrek te wijten aan andere factoren zoals verbouwingswerken, een gebrekkige organisatie of wanbeheer, kan geen economische werkloosheid worden aangevraagd. Het werkgebrek moet ‘onafhankelijk zijn van de wil van de werkgever’ en mag ook geen structureel karakter hebben. 

Om van economische werkloosheid gebruik te kunnen maken, dient u minstens 7 kalenderdagen vóór de eerste werkloosheidsdag een dossier in te dienen bij de RVA die de ingeroepen oorzaken in geval van twijfel kan onderzoeken. Dat gebeurt elektronisch via de portaalsite van de RSZ.

Ten laatste op diezelfde dag zal u uw werknemers hiervan op de hoogte moeten brengen en indien u een ondernemingsraad of vakbondsafvaardiging heeft ook deze moeten inlichten.

Vervolgens moet u elke maand de eerste effectieve werkloosheidsdag elektronisch aan de RVA meedelen. Eveneens maandelijks moet u elke werknemer die u tijdelijk werkloos stelt een controleformulier C3.2A afleveren en deze in een validatieboek bijhouden, hetzij op papier, hetzij elektronisch. De werknemer moet dit formulier steeds op zak hebben en correct invullen. Net zoals dat bij aanvang van de coronawerkloosheid het geval was, zal de werknemer de eerste keer opnieuw een aanvraag moeten indienen bij zijn uitbetalingsinstelling.

Het is belangrijk deze procedure nauwgezet te volgen. Bij een fout kan de RVA de werkloosheidsuitkering weigeren en heeft de werknemer alsnog recht op loon.

Die uitkering valt ook terug op het niveau van vóór corona, nl. 65 i.p.v. 70% van het begrensde loon (2.754,76 €/maand). Ook het supplement van 5,63 euro per dag valt weg. Onder bepaalde voorwaarden komt daar een weliswaar lager supplement ten laste van de werkgever voor in de plaats.

Economische werkloosheid is bovendien beperkt in de tijd.