Als het té warm wordt op het werk, dan bent u als werkgever verplicht om een aantal beschermende maatregelen te nemen.
Welke temperatuur als te warm wordt beschouwd, hangt af van het soort werk en de fysieke inspanning die hiermee gepaard gaat. Voor "licht tot zeer licht werk" ligt de lat op 29°, voor "halfzwaar werk" is dat 26°; voor "zwaar werk" 22° en voor "zeer zwaar werk" 18°. Het is de arbeidsgeneesheer die oordeelt over de zwaarte van de arbeid, maar de FOD WASO geeft op zijn website wel een aantal voorbeelden: secretariaatswerk (zeer licht), handenarbeid aan een tafel (licht), staande arbeid (halfzwaar), grondwerken (zeer zwaar). De meeste functies in de horeca zullen we doorgaans onder halfzwaar kunnen onderbrengen.
Bovenvermelde temperaturen mag u evenwel niet met een gewone huis-tuin-&-keukenthermometer vaststellen. U dient hiervoor een "vochtige globethermometer" te gebruiken. Dit toestel houdt ook rekening met de luchtvochtigheid, de luchtsnelheid (wind, tocht) en met de stralingstemperatuur van voorwerpen in de omgeving. De Wet Bulb Globe Temperature-waarden (WBGT) die u hiermee bekomt, liggen doorgaans een vijftal graden lager dan die van een normale thermometer. Hoe droger de lucht bijvoorbeeld, hoe warmer het al moet zijn om de maximumwaarden te overschrijden.
Bovendien gaat het om de temperaturen op de werkplek, niet om de buitentemperatuur. Tenzij het werk zich hoofdzakelijk buiten afspeelt natuurlijk.
Worden bovenstaande temperaturen overschreden, dan dient u als werkgever zo snel mogelijk passende maatregelen te nemen. U kan hiervoor steeds een beroep doen op uw arbeidsgeneesheer.
Die maatregelen kunnen onder meer bestaan uit:
-
Het verstrekken van beschermingsmiddelen zoals zonnebril, zonnecrème, zonnescherm, hoofddeksel,…
-
Het kosteloos verstrekken van voldoende verfrissende dranken
-
Het binnen de 48 uur installeren van een verluchtingssysteem op de werkplaats
Ook het aanpassen van het uurrooster door voldoende rustpauzes in te lassen kan soms noodzakelijk zijn. Voor halfzwaar werk geldt als richtlijn een pauze van 15 minuten per uur bij 27° WBGT en van 30 minuten vanaf 28° WBGT.