Wie op een flinke BTW- of loonlastenverlaging voor de horeca had gehoopt, blijft alvast op zijn honger zitten. Het regeerakkoord bevat geen ingrijpende structurele maatregelen voor onze sector, wel een aantal kleinere maatregelen.
-
Zo zal het aantal toegestane overuren worden opgetrokken van 180 naar 360 uur per jaar. Voor deze uren geldt een korting onder de vorm van een lagere bedrijfsvoorheffing.
-
De interne overurengrens, het aantal overuren dat een werknemer mag presteren alvorens hiervoor inhaalrust te moeten opnemen, zou worden verhoogd tot 250 uur i.p.v. de huidige 143, wat neerkomt op 43 uur per week.
-
De voordelige studentenarbeid, die nu beperkt is tot 50 dagen per jaar, zal in de toekomst in uren worden berekend. Studenten zouden in de toekomst 400 uren mogen werken. Studenten in de horeca worden vaak maar enkele uren per dag ingezet, terwijl ze daar nu wel een volledige dag van hun beperkte contingent mee verliezen. Op zich goed nieuws, maar slechts een druppel op een hete plaat.
Bij de andere maatregelen die betrekking hebben op uw personeel noteren we vooral de volgende:
-
Waarschijnlijk in maart 2015 komt er een indexsprong waardoor de lonen niet mee zullen stijgen met de levensduurte. Elke werknemer moet een indexsprong van 2% doormaken. Het moment waarop deze maatregel wordt doorgevoerd kan evenwel van sector tot sector verschillen. De indexaanpassingen in paritair comité 302 vinden doorgaan jaarlijks in januari plaats. De maatregel geldt niet voor de laagste inkomens. Het wordt nog even wachten op de concrete uitwerking om de impact voor de horeca te kennen, maar het principe staat in elk geval vast.
-
Daarbovenop worden de werkgeversbijdragen in 2016 met 900 miljoen euro verminderd. In 2019 komt daar nog eens 450 miljoen euro bij. Verwacht wordt dat de patronale bijdragen op lonen hierdoor zouden dalen van 33 naar 25 procent.
-
Anderzijds zal uw personeelskost in geval van ziekte wel significant stijgen. Het gewaarborgd loon voor een zieke werknemer verdubbelt van één maand naar twee maanden (60 dagen) ! Op deze manier worden meteen de huidige verschillen tussen arbeiders en bedienden weggewerkt, zij het wel op een érg dure manier. De achterliggende idee is dat werkgevers hierdoor meer moeite zullen doen om het ziekteverzuim tegen te gaan. De helft van de meerkosten die hieraan verbonden zijn zullen gecompenseerd worden door een bijkomende loonlastenverlaging, maar de andere helft komt wel voor rekening van de werkgever. Voor de horeca, die bijna uitsluitend arbeiders tewerkstelt, zou dit wel eens een bijzonder dure zaak kunnen worden, aangezien u nu eigenlijk enkel de eerste week ziekte volledig hoefde te betalen. Vanaf week twee kwam immers de mutualiteit reeds voor een deel tussen.
-
Er komen geen bijkomende belastingen op bedrijfswagens, noch voor werknemers, noch voor werkgevers.
-
Het principe van de 38-urenweek verdwijnt, zodat werknemers meer kunnen werken in drukkere periodes, wat ze dan in minder drukke periodes kunnen recupereren via inhaalrust. In feite een veralgemening van de mogelijkheid tot invoering van het systeem van grote flexibiliteit dat nu ook reeds bestaat.
-
Uw werknemers zullen in de toekomst langer moeten werken. Vanaf 2030 tot 67 jaar. Voor wie al met pensioen is, wordt bijverdienen wel makkelijker.
-
Vanaf 2018 wil de regering het systeem van het aanvullend pensioen (groepsverzekering) uitbreiden naar alle werknemers.
-
Elke werknemer krijgt vanaf 2015 250 euro netto extra per jaar door de verhoging van de forfaitaire aftrek voor beroepskosten.
-
Tijdskrediet voor werknemers die voor hun kinderen willen zorgen of voor palliatieve zorgen wordt uitgebreid. Bij niet-gemotiveerd tijdskrediet (bijv. om een wereldreis te maken) zullen geen pensioenrechten meer worden opgebouwd.
Horecafocus houdt u uiteraard verder op de hoogte zodra deze voorstellen in besluiten zijn omgezet.
Vanaf het najaar plannen wij ook een vierdelige opleiding sociale wetgeving waarin al deze nieuwigheden uitgebreid aan bod zullen komen.