Als werkgever bent u verantwoordelijk voor het preventiebeleid in uw onderneming. U bent verplicht dit in twee verschillende documenten uit te werken: het “globaal preventieplan” en het jaarlijks actieplan. Dat laatste moet in principe vóór 1 november worden opgemaakt. Speciaal voor zijn horecaklanten ontwikkelde CLB Externe Preventie een pragmatisch alternatief voor beide plannen.
Het garanderen van de veiligheid en het welzijn van de werknemers is een belangrijke taak van iedere werkgever. Grote ondernemingen moeten hiervoor zelfs een speciaal opgeleide preventieadviseur aanduiden. In kleinere zaken gelden echter grotendeels dezelfde verplichtingen en is de zaakvoerder, meestal zonder het te weten en bijna altijd zonder bijkomende opleiding, de preventieadviseur van dienst. In alle gevallen zal de werkgever moeten kunnen aantonen dat hij er alles aan gedaan heeft om het welzijn op de werkvloer te waarborgen en ongevallen te voorkomen. Dat doet u o.a door het opstellen van een globaal preventieplan en een jaarlijks actieplan ter bevordering van de veiligheid, de gezondheid en het welzijn in uw bedrijf.
In het
globaal preventieplan (GPP) noteert u alle maatregelen die u neemt met betrekking tot het welzijn van uw werknemers bij het uitoefenen van hun job. U gaat hierbij uit van de risicoanalyse van uw concrete situatie waarbij u kijkt naar de ernst, de frequentie van blootstelling en de waarschijnlijkheid van bepaalde risico’s. Denk aan de kans op snijden en prikken bij het gebruik van messen in de keuken, uitglijden op een vette vloer, of het risico op brandwonden bij het gebruik van ovens en fornuizen of het hanteren van hete dranken en schotels. De meest voor de hand liggende maatregelen zijn bijvoorbeeld het verplicht dragen van veiligheidsschoenen en het aanleggen van een antislipvloer in de keuken, het geregeld inventariseren van de aanwezige EHBO-producten, het opleiden en bijscholen van werknemers in eerste hulp,… Minstens één keer per vijf jaar dient u een nieuw globaal preventieplan op te stellen en elk jaar herbekijkt u dit plan.
Het
jaarlijks actieplan (JAP) is de logische volgende stap die voortbouwt op het GPP. Hierin werkt u de preventiemaatregelen uit voor het volgende jaar. Het JAP moet o.m. bevatten:
- de preventiedoelstellingen die, op basis van de risicoanalyse, in de loop van het jaar behaald moeten worden;
- de middelen (tijd, budget,…) die ter beschikking gesteld worden om deze te behalen;
- de rol en verantwoordelijkheid van de verschillende betrokken personen;
- eventuele aanpassingen aan het globaal preventieplan door gewijzigde omstandigheden.
Werkgevers maken het GPP en JAP op in samenspraak met de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk. Werkgevers die over een Comité beschikken, moeten het JAP voor advies aan hen voorleggen en dit uiterlijk op de tweede maand voorafgaand aan het begin van het dienstjaar waarop het betrekking heeft. In mensentaal is dat voor de meeste werkgevers
1 november. Bij afwezigheid van een comité, zoals bij de meesten van u, zal u het moeten voorleggen aan de werknemersafvaardiging en als die er niet is aan de werknemers zelf.
Wellicht had u nooit eerder van een GPP of JAP gehoord, laat staan dat u tijd heeft om ze op te maken.
CLB Externe Preventie heeft daarom voor zijn horecaklanten een checklist met 49 aandachtspunten opgesteld waarmee u uw “preventiebeleid” op een snelle en eenvoudige manier tegen het licht kan houden.
Het document is een pragmatisch alternatief voor zowel het GPP en JAP, een “good practice” voor de horecasector als het ware. Op basis van deze vragenlijst ziet u meteen uw werkpunten. Zijn die talrijk, dan kan uw externe preventieadviseur die steeds samen met u uitwerken.
CLB - Brochure Welzijn binnen de Horeca