De Raad van State vernietigde maandag de regel uit het KB die bepaalt dat horecazaken die minder dan 10% van hun omzet uit bereide maaltijden halen geen witte kassa moeten invoeren.
Het oorspronkelijke KB van 15 december 2013 bepaalde dat de geregistreerde kassa verplicht was voor horecazaken waar “regelmatig” maaltijden verbruikt worden. De BTW-administratie maakte hier later op eigen houtje van dat minstens tien procent van de omzet uit ter plaatse verbruikte maaltijden moet komen. Deze regel werd door Horeca Vlaanderen aangevochten bij de Raad van State die hem verwierp op basis van het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel én omdat de BTW-administratie niet de bevoegdheid heeft om dergelijke regels op te stellen.
Minister van Financiën Johan Van Overtveldt kon daarop niet anders dan de kassa nu ook te verplichten voor alle horecazaken die een maaltijd aanbieden. De impact hiervan is enorm. Bij de 26.000 horecazaken die onder de oude wetgeving vielen (en waarvan er nog steeds een 5.000-tal zich niet hebben geregistreerd), zouden nu nog eens zo’n 10.000 extra horecazaken komen. Het gaat dan vooral om café’s die maaltijden serveren, frituren en broodjeszaken met een eethoek.
Wat betekent dit nu concreet?
Voor de zaken die sowieso reeds onder de GKS-wetgeving vielen, verandert er niets. Op 1 januari 2016 zal hun kassasysteem up and running moeten zijn. Voor de nieuwe GKS-plichtigen zitten we voorlopig dus met een gat in de wetgeving. Eerst moet duidelijk gemaakt worden wie een witte kassa zal moeten hebben. Waarschijnlijk zal hiervoor een lijst worden opgesteld van cafésnacks die niet onder maaltijden vallen. Daarna zal een aangepaste timing moeten opgesteld worden voor de nieuwkomers.
Wordt vervolgd.