In onze vorige nieuwsbrief lichtten we u de flexijobs reeds toe. Een tweede belangrijk luik van de horecamaatregelen heeft betrekking op de overuren.
Laten we even beginnen met het algemeen wettelijk kader. Overuren blijven in principe verboden, tenzij onder strikte voorwaarden en dienen in principe ingehaald te worden. Van deze algemene principes blijft al een tijdje niet veel meer over en nu worden ze nog verder uitgehold.
Het overurenluik van de horecamaatregelen bestaat uit drie delen die in elkaar overlopen. We lichten ze in het kort toe.
1. De interne overurengrens
De interne overurengrens bepaalt het aantal overuren dat (op vraag van de werknemer) niet gerecupereerd dient te worden, maar mag uitbetaald worden.
Die interne overurengrens ligt voor de horeca nu reeds op 143 uur per jaar. In de nieuwe situatie zal de jaargrens komen te liggen op 300 uren voor wie geen GKS gebruikt en 360 uur voor wie wel een GKS gebruikt, waarbij u per 4 maanden de 143 overuren niet mag overschrijden.
2. Netto-overuren
Voor voltijdse werknemers mag u die 300/360 overuren bovendien bruto-voor-netto uitbetalen. D.w.z. u betaalt er geen patronale kosten op en uw werknemer is er evenmin belasting of RSZ op verschuldigd. Op deze overuren hoeft u ook geen overurentoeslag (50-100%) meer te betalen.
Het mag in principe wel enkel gaan om overuren die gepresteerd worden in het kader van buitengewone vermeerdering van werk en onvoorziene noodzakelijkheid.
3. De fiscale overurengrens
Ook de fiscale overurengrens wordt opgetrokken van 130/180 (zonder of met GKS) naar 360 voor de volledige horeca, ongeacht het kassagebruik. Vermits het gaat om een fiscale vermindering, geldt deze maatregel vanzelfsprekend niet voor de bruto-voor-netto-overuren. Hierop wordt immers geen belasting meer ingehouden.
Concreet wil dit zeggen dat uw werknemers van 360 overuren per jaar meer netto overhouden, terwijl u 41,25% van het brutoloon waarop de overurentoeslag wordt berekend in mindering mag brengen van de bedrijfsvoorheffing die u doorstort naar de fiscus.
Deze maatregelen gaan in op de eerste dag van de maand volgend op de publicatie in het Staatsblad. Dat kan nog december zijn, al lijkt, aangezien er met jaargrenzen wordt gewerkt, januari meer voor de hand liggend.
Lees ook: